
Jurisprudentie
BG8982
Datum uitspraak2008-12-24
Datum gepubliceerd2009-01-07
RechtsgebiedPersonen-en familierecht
Soort ProcedureKort geding
Instantie naamRechtbank Roermond
Zaaknummers90815 / KG ZA 08-274
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2009-01-07
RechtsgebiedPersonen-en familierecht
Soort ProcedureKort geding
Instantie naamRechtbank Roermond
Zaaknummers90815 / KG ZA 08-274
Statusgepubliceerd
Indicatie
Vordering tot nakoming van de vastgestelde omgangsregeling.
Uitspraak
vonnis
RECHTBANK ROERMOND
Sector civielrecht
zaaknummer / rolnummer: 90815 / KG ZA 08-274
Vonnis in kort geding van 24 december 2008
in de zaak van
[de vrouw],
wonende te [woonplaats],
eiseres,
advocaat mr. B.P. van der Graaf,
tegen
[de man],
wonende te [woonplaats],
gedaagde,
advocaat mr. G.J. Lemmen.
Partijen zullen hierna de vrouw en de man genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- de tijdens de mondelinge behandeling door partijen nader overgelegde stukken .
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. Partijen zijn op 18 december 1997 met elkaar gehuwd. Bij uitspraak van deze rechtbank van 7 september 2005 is de echtscheiding tussen de man en de vrouw uitgesproken, welke uitspraak nadien is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand.
2.2. Uit het door echtscheiding ontbonden huwelijk zijn geboren de thans nog minderjarigen:
1. [kind 1], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum 1998];
2. [kind 2], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum 2002].
2.3. Bij uitspraak van deze rechtbank van 22 oktober 2008 is de bij voornoemde uitspraak vastgestelde omgangsregeling tussen de man en de minderjarigen [kind 2] en [kind 1] gewijzigd en bepaald dat de omgang als volgt dient plaats te vinden:
- een weekend per veertien dagen van zaterdag 9.00 uur tot zondag 18.00 uur, waarbij
vader de kinderen bij moeder ophaalt en moeder de kinderen bij vader ophaalt;
- de helft van de korte vakanties en wel in die zin dat de kinderen de helft van de vakantie
aansluitend of vooruitlopend op het weekend bij vader doorbrengen respectievelijk van
zaterdag 9.00 uur tot woensdag 18.00 uur of van woensdag 18.00 uur tot zondag 18.00
uur;
- twee weken aaneengesloten in de zomervakantie: het ene jaar de eerste twee weken van
de zomervakantie, het jaar daarop de laatste twee weken;
- kerstdagen en oud en nieuw om en om in die zin dat de kinderen het ene jaar de
kerstdagen bij moeder doorbrengen en oud en nieuw bij vader en het jaar daarop
omgekeerd.
3. Het geschil
3.1. De vrouw vordert:
1. primair: de man te veroordelen de bij uitspraak van 22 oktober 2008 vastgestelde omgangsregeling tussen de man en [kind 1] en [kind 2] na te komen, op straffe van verbeurte van een dwangsom van EUR 300,=, althans een door de voorzieningenrechter te bepalen dwangsom, voor iedere dag of deel van een dag dat de man in gebreke zal blijven integraal aan deze veroordeling te voldoen;
2. subsidiair: de omgangsregeling tussen gedaagde en de kinderen gedurende twee jaar op te schorten althans tot het moment waarop daarover is beslist in een zijdens de vrouw aanhangig te maken bodemprocedure, met ingang van de datum waarop het vonnis in kort geding aan de man is betekend;
3. de man te veroordelen in de kosten van dit kort geding.
3.2. Zijdens de man is ter zitting verweer gevoerd.
3.3. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
4.1. In de dagvaarding is door de vrouw onder meer gesteld:
- dat partijen onder begeleiding van de raad voor de kinderbescherming de bij beschikking
van deze rechtbank van 22 oktober 2008 vastgestelde omgangsregeling zijn overeengekomen;
- dat de vrouw bij brief van 28 oktober 2008 aan de man heeft laten weten dat hij conform afspraak omgang heeft gedurende de helft van de kerstvakantie, en wel per maandag 29 december 2008, voorafgaand aan zijn omgangsweekend van 3 en 4 januari 2009;
- dat de man bij faxbericht van 3 november 2008 de vrouw heeft laten weten hier na 7 november 2008 op terug te komen;
- dat de vrouw bij faxbericht van 12 december 2008 opnieuw de man heeft verzocht te reageren;
- dat de man uiteindelijk reageert bij faxbericht van 15 december 2008;
- dat de man in zijn reactie het presteert de omgang voor de kerstvakantie, de reguliere omgang – de man heeft omgang op 3 en 4 januari 2009 en 17 en 18 januari 2009 – en de afspraken terzake het halen en brengen volledig om te gooien en de omgangsregeling in januari terug te brengen tot zaterdag vanaf 18.00 uur tot zondag 18.00 uur.;
- dat de man volledig voorbij gaat aan de beschikking van de rechtbank, welke nu juist met het oog op de belangen van de kinderen is geschreven.
4.2. Ter zitting is door de vrouw onder meer gesteld dat zij in oktober 2008 een brief naar de man heeft gestuurd met een voorstel over de omgang tijdens kersvakantie en dat zij vervolgens, omdat de man niet reageerde op haar brief, met haar werkgever haar verlof heeft moeten regelen, in die zin dat zij met de kerst vrij is en dat zij tijdens oud en nieuw werkt. Op donderdag 18 december 2008 heeft zij nog telefonisch contact met de man gehad en de man gaf in dat gesprek aan dat hij bleef bij zijn standpunt dat de kinderen dit jaar de eerste en tweede kerstdag bij hem verblijven.
4.3. Ter zitting is door de advocaat van de man onder meer het volgende gesteld.
In het verleden heeft de vrouw van alles gedaan om de kinderen bij de man weg te houden en de man heeft er alles aan gedaan om de kinderen te kunnen zien. De man is niet ter zitting verschenen omdat hij geen verlof van zijn werkgever krijgt. Hij staat inmiddels 10,8 dagen in de min en het is derhalve pure onmacht van de man om de omgangsregeling na te komen. De man heeft aan hem te kennen gegeven dat het bedrijf van zijn werkgever dit jaar tussen kerst en oud en nieuw gesloten is. De kinderen kunnen derhalve vanaf eerste kerstdag bij de man verblijven en de vrouw kan de kinderen dan op 31 december 2008 bij de man komen ophalen. De man is van mening dat de omgang niet anders geregeld kan worden en wil hier niet van afwijken. De man zal na de feestdagen de omgangsregeling, zoals deze is vastgesteld door de rechtbank in de beschikking van 22 oktober 2008, nakomen.
4.4. De voorzieningenrechter stelt vast dat partijen nog slechts van mening verschillen over de invulling van de omgangsregeling tijdens de kerstvakantie 2008.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat van de vrouw, gelet op haar belangen en haar inspanningen niet verwacht kan worden dat zij haar verlof tijdens de kerstvakantie nog wijzigt en zich geheel richt naar de wensen van de man. Temeer niet nu de man heeft aangegeven dat hij vrij is tussen kerst en oud op nieuw, omdat het bedrijf waar hij werkt, in die periode, de deuren sluit.
Overigens staat het de man niet vrij de vastgestelde omgangsregeling wegens gebrek aan verlofdagen terzijde te schuiven en de consequenties daarvan als vanzelfsprekend af te wentelen op de vrouw. De rechtbank verwijst in dit verband naar het bepaalde in artikel 1:247 van het Burgerlijk wetboek waaruit blijkt dat het ouderlijk gezag de plicht en het recht omvat van de ouder zijn minderjarig kind te verzorgen en op te voeden.
Nu aan de zijde van de man geen afdoende belemmeringen zijn aangetoond die aan omgang tussen de kinderen en de man tijdens de kerstvakantie in de weg staan, is de voorzieningenrechter van oordeel dat de omgang conform het voorstel van de vrouw en in lijn met de eerder aangehaalde beschikking van deze rechtbank, dient te worden uitgevoerd.
Het vorenstaande brengt met zich mee dat de kinderen in de periode 29 december 2008 tot en met zondag 4 januari 2009 bij de man verblijven, waarbij de man de kinderen op 29 december 2008 om 09.00 uur bij de vrouw ophaalt en de vrouw de kinderen op 4 januari 2009 om 18.00 uur bij de man ophaalt. De voorzieningenrechter veroordeelt de man zijn medewerking te verlenen aan de uitvoering van deze regeling, zulks op straffe van een dwangsom van EUR 300,= per dag voor elke dag of deel van een dag dat de man na betekening van dit vonnis zal handelen in strijd met deze veroordeling.
De voorzieningenrechter merkt voorts op dat het in het belang van beide kinderen is dat partijen tijdig goede en duidelijke afspraken maken over de invulling van de vakanties voor het komend jaar.
4.5. Gelet op de relatie tussen partijen zullen de proceskosten tussen hen worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
5. De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1. bepaalt dat de minderjarigen [kind 1] en [kind 2] in de periode van maandag 29 december 2008 tot zondag 4 januari 2009 bij de man zullen verblijven, waarbij de man de kinderen op 29 december 2008 om 9.00 uur bij de vrouw ophaalt en de vrouw de kinderen op 4 januari 2009 om 18.00 uur bij de man ophaalt;
5.2. bepaalt dat de man aan de hiervoor vermelde omgangsregeling en nadien aan de omgangsregeling zoals die in de beschikking van 22 oktober 2008 is neergelegd, zijn volledige medewerking zal dienen te verlenen;
5.3. bepaalt dat de man voor iedere keer dat hij in strijd handelt met het onder 5.1. bepaalde, aan de vrouw een dwangsom verbeurt van EUR 300,- per dag;
5.4. compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt;
5.5. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.6. wijst het meer of anders gevorderde af
Dit vonnis is gewezen door mr. P.C.G. Brants en in het openbaar uitgesproken op 24 december 2008.